Wekelijks staan we in deze rubriek aan de hand van een foto stil bij een IJmuidens onderwerp naar aanleiding van de actualiteit, een bijzondere gebeurtenis, een evenement of gewoon een van de mooie taferelen die IJmuiden biedt. In deze aflevering aandacht voor det dennebosje tussen de Kanaaldijk en de Kanaalstraat.
Door Erik Baalbergen
Aan de Kanaalstraat en verder omringd door de Kerkstraat, de Kanaaldijk en het kantoor en de parkeerplaats van Rijkswaterstaat aan de De Wetstraat, bevindt zich een dennebosje. Het “dennebossie” of het “donkere dennebosje” roept bij veel IJmuidenaren herinneringen op, niet alleen als speelplek maar ook als uitgaansplek, kerstboomleverancier en plek voor het doen van je behoefte tijdens de koude winters van weleer. Maar het dennebosje prikkelt ook de fantasie: Is het gewoon een uit de kluiten gegroeid plantsoen? Een groenzone als buffer tussen de hoogovens en IJmuiden? Een voormalig padvinderskamp? Het laatste stukje ongerepte Breesaap? Ligt er een geheime tunnel onder het terrein?
Op kaarten van IJmuiden van vóór de Eerste Wereldoorlog zien we het stukje Breesaap, waar nu het dennebosje ligt, als onbebouwd terrein. De Breesaap is de duinvlakte waardoorheen het kanaal is gegraven, waarin het sluizencomplex is aangelegd en waarin IJmuiden en de hoogovens zich ontwikkelen. Het enige dat op deze kaarten opvalt in het stukje Breesaap aan de zuidelijke kanaaloever is het paadje tussen het kanaal en de Zuider Kanaalweg, de straatweg tussen IJmuiden en Velsen.
Dit paadje is een restant van de Middenweg, die nagenoeg noord-zuid dwars door de Breesaap loopt en die door de kanaalgraverij is onderbroken. De Middenweg wordt later Kanaalweg genoemd. Via deze weg wandelen de vroege IJmuidenaren vanaf de noordkant van de sluizen naar de Breesaap, de Breesaperhof (“café Lubbers”) en Wijk aan Zee. De Zuider Kanaalweg is de latere Rijksstraatweg die in het verlengde van de Kanaalstraat in IJmuiden vanaf de Oranjestraat naar het oosten loopt. Het stuk Rijksstraatweg tot aan de PEN-centrale heet later ook Kanaalstraat. Het restje Middenweg komt uit op de straatweg, tegenover de in 1884 geopende en in 1979 gesloopte rooms-katholieke Gregoriuskerk, die heeft gestaan op de plek van het huidige buurthuis de Brulboei. Na de Eerste Wereldoorlog is dit paadje letterlijk van de kaarten geveegd.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog is het terrein van het tegenwoordige dennebosje onderdeel van het kampement van het Reserve Bataljon V. Dit tenten- en barakkenkamp voor gemobiliseerde Nederlandse militairen verrijst tussen de Kanaaldijk en de Rijksstraatweg. Het kamp strekt zich uit vanaf de ambtswoning van ingenieur Philips van Rijkswaterstaat bij De Wetstraat tot aan de PEN-centrale. De soldaten van dit kamp, maar ook die van het pantserfort op de noordoever van de kanaalmonding en van Reserve Bataljon D bij de Semafoor, brengen aardig wat leven in de brouwerij in en rond IJmuiden.
De soldaten zijn te vinden in het straatbeeld, de winkels en de uitgaansgelegenheden. IJmuidense ondernemers pikken door de aanwezigheid van de kampen hun graantjes mee. IJmuiden kan dikwijls genieten van muziekuitvoeringen en voorstellingen door militairen. In de kranten lezen we ook over diefstallen uit de kampen en misdragingen door militairen. Maar er bloeien ook liefdes op! Gelegerde soldaten en IJmuidense meiden ontmoeten elkaar tijdens vrijpartijtjes bij de betonnen muur rond de PEN-centrale. De muur is tijdens de Eerste Wereldoorlog opgetrokken om diefstal uit de kolenopslag te voorkomen. Deze muur wordt “klaagmuur” genoemd vanwege de tranen die vloeien bij het afscheid tussen de vrijers…
Na het vertrek van de militairen eind 1918 blijven er houten barakken achter. Een van de barakken schuin tegenover de Gregoriuskerk wordt ingericht als woonhuis en vanaf 1920 door Rijkswaterstaat verhuurd aan de politieagent Adriaan Rooze, die er met zijn gezin gaat wonen. Na de Tweede Wereldoorlog blijft het woonhuis verlaten achter. Enkele jaren later wordt het woonhuis ingericht als rooms-katholiek jeugdgebouw de ‘Jeugdsluis’. De Jeugdsluis wordt tot in de jaren zestig gebruikt als jeugdhonk en voor vergaderingen, bijeenkomsten en allerlei andere kerkelijke activiteiten vanuit de Gregoriuskerk.
In de latere jaren zestig huist ‘Sociëteit Allison’ in de barak. Menig IJmuider tiener komt hier wekelijks voor een drankje, een sjekkie, een slijpertje en een dansje op de muziek van beginnende en soms ook bekende bandjes, zoals Ekseption en BZN (toen dat nog een echt rockbandje was!). Later brandt de barak af; over de oorzaak gaan verhalen rond… Alleen het speelveldje bij het dennebosje markeert nog de locatie van de barak.
In de loop der jaren worden de barakken van het voormalige militaire kamp dus voor verschillende doeleinden gebruikt, verbouwd, herbouwd en uitgebreid. Naast de Jeugdsluis en Allison vinden we er onder meer padvinders en postduivenvereniging De Snelvliegers. Bij het graven van de fundering van een nieuw clubgebouw voor deze laatste vereniging in de jaren zestig zou het stoffelijk overschot van een daar begraven Duitse soldaat zijn gevonden…
Zo zie je maar, op zo’n ogenschijnlijk rustig stukje grond heeft zich toch heel wat afgespeeld! We moeten het nu doen met herinneringen, schaarse foto’s en wellicht fantasieën. Het dennebosje is ingericht als wandelpark en er is weinig meer te zien van de activiteiten van weleer. De “door de wind gevormde” dennen zijn stille getuigen. Hoe oud deze waaidennen zijn, weten alleen de waaidennen zelf. Op een overzichtsfoto van het militaire kamp van ruim honderd jaar geleden zijn geen dennen te onderscheiden.
Foto: Erik Baalbergen