Velsen – Al een jaar waart een virus rond dat ieders leven op zijn kop zet. Buiten het verdriet dat we hebben om de zieken en de mensen die we door dat virus voor altijd moeten missen zijn de economische, sociale en maatschappelijke gevolgen die corona met zich meebrengt bijna niet te overzien en te dragen. Het blijkt dat jongeren, op de drempel van hun zelfstandige leven, het ook pittig voor hun kiezen krijgen. Wat een tijd van verkennen, leren en opbouwen zou moeten zijn is verworden tot een tijd die stil lijkt te staan en zelfs achteruit loopt. Wij vroegen een aantal van deze mensen naar hun hoop en frustraties. Deze week vertelt Sem Natzijl zijn verhaal.
Door Ingeborg Baumann
Sem Natzijl (19) is de zoon van Remco Natzijl. Beiden zijn de hart en de ziel van Frederik Ambachtelijke Friet met vestigingen in Velsen-Noord bij de pont en op de Kennemerlaan bij de Vomar. We laten de discussie of het nu patat of friet genoemd moet worden even voor wat het is en weten in ieder geval zeker dat de gefrituurde aardappeltjes bij Frederik vers, eerlijk, ontzettend lekker en puur natuur zijn. En dat de mensen in de chique blauw met gouden patatfriteszaken keihard werken en heel aardig zijn. Én dat Sem op dit moment zeker niet het leven heeft dat hij voor ogen had.
,,Ik was geen jongetje voor school, ik heb mijn MAVO afgemaakt en toen was ik wel klaar. Ik wilde sowieso voor mezelf beginnen maar eigenlijk met een kledingwinkel met dure merkkleding van designers als Burberry en Stone Island. Achteraf natuurlijk beter dat ik dat niet heb gedaan. En nu hebben mijn vader en ik dus samen Frederik. Elke dag ben ik aan het werk, door Corona is het drukker dan normaal. Hoewel we het terras missen natuurlijk. Mijn dagelijks leven is werken en slapen en dat op repeat. Ik moet eerlijk zeggen dat ik op zaterdag bij iemand thuis wel met vrienden bijeenkom en dat we dan tot een uurtje of 5 doorhalen. Niet met veel, alleen mijn twee of drie beste vrienden. En dat 5 uur is niet mijn keus maar het kan niet anders. Ik hou me aan de regels, hoe moeilijk ik het ook vind. Ik was al niet zo heel erg van het wilde stappen maar lekker een hapje ergens eten en daarna even de kroeg in mis ik het allermeest. En de regels vind ik wel krom, wel in een hotel maar niet in een restaurant kunnen eten bijvoorbeeld. Ik mis een stuk van mijn jeugd, zo voel ik het wel. Gelukkig hoef ik me geen zorgen te maken om mijn financiën, dat hebben een heleboel andere mensen wel. Ik voel me opgesloten. Maar als de avondklok stopt heb ik waarschijnlijk in ieder geval weer het gevóel van vrijheid.’’
Foto: Dennis Gouda Fotografie