Meester Serné was 41 jaar leerkracht in IJmuiden op de Marnixschool. De naam van deze school veranderde later in Het Kompas. Hij deelt zijn belevenissen en herinneringen regelmatig met ons in een column.
Kerstviering met Bach op de Marnixschool.
In de jaren tachtig vierde de Marnixschool kerstfeest in een kerk. Iedere klas had een optreden tijdens die vieringen, met een liedje, gedichtje, toneelstukje enzovoorts. Een paar jaar achter elkaar bedacht het team een thema voor die vieringen. Alle leerkrachten zetten zich daarvoor in. De ene keer bedachten we dat het leuk zou zijn om een paar meter groot gotisch kerkraamwerk te maken, met zogenaamd glas- in- loodwerk, maar dan gemaakt van zwart karton (het lood) en gekleurd vliegerpapier. De ontwerpen voor de raamonderdelen werden aangeleverd door een zeer kunstzinnige collega. Het raam werd door een ouder van hout gemaakt en zwart geschilderd. Kinderen knipten op school allerlei stukjes vliegerpapier uit. De teamleden kwamen vele avonden op school, om alle diverse ‘glas-in-lood onderdelen’ op de juiste plaats te krijgen. Kortom saamhorigheid van kind en leerkrachten. Het resultaat mocht er zijn. Een metershoog kerkraam met taferelen uit het Kerstverhaal.
Tijdens de viering vertelden de kinderen het verhaal bij de door een bevriende belichtingsman verlichte ‘ramen’ en een schoolkoor, samengesteld uit diverse klassen, zong diverse kerstliederen.
Een ander jaar bedachten we een diavoorstelling met op de achtergrond klassieke muziek, waaronder ‘Air’ van Bach ,waarbij kinderen op de maat van die muziek de Evangelie teksten moesten uitspreken. Een hele klus voor de kinderen om in de maat te blijven spreken. Maar…ze kregen het voor elkaar.
In die tijd ontdekte ik een aangepast muziekstuk van Johann Sebastian Bach, geïnspireerd op Brandenburgs Concert nummer 3. Er was ook een tekst op gemaakt, die ik ongeschikt vond voor onze kerstviering. Die tekst heb ik herschreven en aangepast. Er werd weer een koor uit diverse klassen(groepen) samengesteld van ongeveer honderd kinderen en we begonnen met repeteren. De orkestband had ik inmiddels in mijn bezit. Het was haast ondoenlijk om zo’n groot kinderkoor de tekst goed op deze klassieke muziek te laten zingen. Veel pauze, rusten, versnellen, vertragingen in het nummer en soms ook heel hoog. Kinderen hadden er echter zin in, ze deden enthousiast hun best en op de avond van de viering stond het klassieke nummer als een huis.
Als ik nu, vele jaren later, oud-leerlingen tegenkom op straat, vragen ze aan mij: ,,Weet u nog…dat lied van Bach?”
Ook een oud-collega heeft op haar nieuwe school dit lied jarenlang aan haar groepen aangeleerd. Beiden zijn we de orkestband (op cassette) helaas kwijtgeraakt.
Een en ander inspireerde mij tot het schrijven van deze column.
Foto: aangeleverd