IJmuiden – Gedeputeerde Zita Pels bracht vorige week een werkbezoek aan de gemeente Velsen. Daarbij deed ze onder meer het Zee- en Havenmuseum aan om de expositie in de industriezaal te bekijken en te praten over verduurzaming van het museumgebouw. Wethouder Jeroen Verwoort, die net als Pels de posten havens en cultuur in zijn portefeuille heeft, vergezelde haar tijdens het bezoek.
Door Raimond Bos
Het Zee- en Havenmuseum aan de Havenkade vormt de logische verbindende schakel tussen de bestuurlijke portefeuilles havens en cultuur. In het museum is te zien hoe de haven van IJmuiden ontstond en hoe zich vervolgens de aanpalende woonkern heeft ontwikkeld. De dit jaar geopende permanente expositie in de industriezaal toont welke bedrijven zich in in het gebied vestigden. Deze expositie zou in juli door Zita Pels geopend worden, maar doordat ze muurvast stond in het verkeer, moest ze verstek laten gaan. Dat maakte ze vorige week goed door alsnog een bezoek aan het museum te brengen. ,,Mooi om te zien hoe jullie het verleden in deze expositie combineren met het heden’’, reageerde ze, nadat ze door Oudendijk was rondgeleid. Curator Wilhelmina Oostenrijk en suppoost/bestuurslid Paul de Ruijter voorzagen haar daarbij van de nodige achtergronden over de expositie in de industriezaal.
Energiebesparende maatregelen
Voorafgaand aan de rondleiding vond in de ontmoetingsruimte van het museum een discussie plaats over duurzaamheid. Momenteel worden op het dak van het Zee- en Havenmuseum, dat gevestigd is in de vroegere visserijschool, zonnepanelen geplaatst. Het beeldbepalende gebouw, dat er al sinds 1916 staat, heeft geen monumentenstatus. Er komen 92 zonnepanelen op te liggen, met die klus is men vorige week maandag gestart. Ze gaan ongeveer 30.000 kWh per jaar aan elektriciteit opwekken, dat is nagenoeg evenveel als door het museum op jaarbasis verbruikt wordt.
De aanschaf van de zonnepanelen werd mogelijk dankzij een provinciale subsidie. Het museumbestuur liet een quickscan uitvoeren om vast te stellen welke energiebesparende maatregelen verder mogelijk zijn in het pand. Het vervangen van halogeenlampen door ledlampen, het plaatsen van voorzetramen en het beter monitoren van het energieverbruik waren de meest voor de hand liggende opties. De belangrijkste vraag van bestuursvoorzitter Cor Oudendijk aan de gedeputeerde: ,,Hoe kan in een oud gebouw als dit verder vorm worden gegeven aan de energietransitie en wie is daar verantwoordelijk voor?’’
Proefkonijn
Het museumbestuur staat, net als veel soortgelijke organisaties, voor de uitdaging om een alternatief te vinden voor het verwarmen van het gebouw. Uiterlijk in 2050 moet men afscheid nemen van aardgas als energiebron, maar men wil daarbij geen overhaaste keuzes maken. Oudendijk: ,,We willen niet voorop lopen, want dan ben je ook een proefkonijn. 2050 is nog ver weg, misschien zijn er tegen die tijd nieuwe mogelijkheden. Ik zou niet graag de voortrekkersrol willen hebben en dan na tien jaar moeten constateren dat we het toch anders hadden moeten doen.’’
Wethouder Jeroen Verwoort begrijpt die afwachtende houding goed: ,,Je hebt hier te maken met de wet van de remmende voorsprong. De ontwikkelingen gaan enorm snel. Over twee jaar is een zonnepaneel dat je nu koopt al verouderd, omdat er dan nieuwe panelen zijn die veel efficiënter werken.’’ De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) heeft een ontzorgingsprogramma opgesteld voor eigenaren van zogenoemd maatschappelijk vastgoed. Vanuit dat programma biedt men ondersteuning bij het verduurzamen van deze panden.
Maatwerk
Volgens Pels is het bij culturele instellingen als deze een kwestie van zoeken naar maatwerk. Over de stappen die het Zee- en Havenmuseum intussen zelf al heeft gezet, is ze enthousiast: ,,Het is enorm inspirerend voor de bezoekers om te zien hoe jullie het hier doen. Ze denken dan misschien ‘Dat kan ik thuis ook’. Mensen vinden het vaak spannend om thuis zelf dergelijke maatregelen te nemen.’’ In het Zee- en Havenmuseum komt op termijn waarschijnlijk ook een beeldscherm te hangen, waarop live is te volgen hoeveel energie door het nieuwe windpark op zee opgewekt wordt. Gesprekken hierover met ontwikkelaar CrossWind, een joint-venture van Shell en Eneco, lopen nog. Overigens verwacht het museum de investering in de zonnepanelen in 2035 terug te hebben verdiend uit de besparing op de energiekosten.
Op de foto:
Gedeputeerde Zita pels krijgt uitleg van curator Wilhelmina Oostenrijk. Wethouder Jeroen Verwoort (voorgrond) en bestuursvoorzitter Cor Oudendijk van het Zee- en havenmuseum (achtergrond) luisteren mee. (Foto: Bos Media Services)