Velserbroek – Aanvankelijk werd Dieuwke Bos in de zeventiger jaren uitgeloot voor de studie geneeskunde en beraadde zij zich op een carrière in een kibboets in Israël. Er kwam echter toch nog ineens bericht, dat er een studieplek was opengevallen. De studie voelde aanvankelijk wat ongemakkelijk. ,,Ik was altijd een beetje net op tijd, met studeren. Maar toen de coschappen begonnen was ik als een vis in het water. Dat voelde meteen goed. Ik ben meer een mens van de praktijk”, aldus 63-jarige Dieuwke.
Zij groeide op in een dorpje in Friesland, waar zij samen met een vriendin en haar vader, die huisarts was, als puber mee mocht visiterijden. ,,Hij vertelde bij elk huis, elke visite, het verhaal van wat zich daar afspeelde. Van een beroepsgeheim had ik toen nog niet gehoord, maar ik weet wel, dat ik toen dacht: dat wil ik ook! Ik ben namelijk nogal nieuwsgierig van aard.”
Over het plezier in haar werk is Dieuwke duidelijk. ,,Het vertrouwen dat mensen in mij stellen en dat zij zoveel van hun leven met mij delen, maakt elk patiëntencontact bijzonder. Ik maak verdrietige dingen mee, maar ook veel mooie dingen. Je loopt als het ware zo nu en dan een stukje mee met het leven van mensen”.
Meerdere generaties
Dertig jaar geleden begon Dieuwke een solopraktijk als huisarts in jong Velserbroek. ,,Van sommige families heb ik vier generaties in zorg gehad. Sommige kinderen heb ik bijna geboren zien worden en zij worden nu zelf ouders. Door sterke familiebanden komen broers, zussen, vaders en moeders uit IJmuiden hier ook vaak wonen. Omdat ik voorheen in Haarlem-Noord werkte, en Velserbroek nog geen huisarts had, kennen een aantal patiënten mij nog langer dan 30 jaar. Ik merk dat ik nu soms ook meer dan vroeger over mijn persoonlijk leven met hen deel, als het de band die ik heb opgebouwd, versterkt. Ik vind het heerlijk om me in mensen te verdiepen, ik zie het als een soort puzzel om samen te proberen tot een oplossing van hun ziekte of probleem te komen. Het werk als huisarts vind ik geweldig, praktijkhouder zijn is dat ook. Al begon ik in mijn eentje, nu ik deel uitmaak van een maatschap is dat het allerleukst. We hebben een geweldig team. Wat ik belangrijk vind, en dat heb ik van mijn vader geleerd: stel je nooit boven je personeel, heb respect voor ze en aandacht, neem ze serieus. En dat blijkt nog steeds goed te werken”.
Balans
Het is wel zo dat het vak van huisarts langzamerhand zwaarder wordt voor Dieuwke. ,,Dat heeft ook met mijn leeftijd te maken. Vroeger deed ik veel diensten, nog net niet fluitend, maar tegenwoordig kost me dat meer moeite. Ook is er een grote administratie met mijn vak gemoeid, en dat is net als veel collega’s, niet mijn hobby.”
Voor haar balans geniet Dieuwke in haar vrije tijd van de natuur en wandelt en fietst graag. Ook is zij liefhebber van katten en vogels. ,,Een wat lastige combinatie, die twee diersoorten, maar het is nu eenmaal zo,” constateert zij droog.
Als huisarts leidt Dieuwke menig basisarts op tot huisarts, een specialisme als dokter. ,,Ik schat een stuk of 15? Het is fijn om mijn kennis en ervaring over te dragen en het houdt mij scherp. Ik ben vooral een allround dokter, precies zoals een ouderwetse huisarts: van alles een beetje, maar heb veel ervaring in typische vrouwendingen zoals het zetten van spiralen”.
Anekdotes
Anekdotes zijn er teveel om op te noemen, maar de eerste, die haar te binnen schiet is van een jaar of tien geleden. ,,Ik had het ’s morgens altijd behoorlijk druk voor ik naar de praktijk ging, en ging altijd haastig de deur uit. Op een ochtend zat ik met mijn eerste patiënt in de spreekkamer, ik kijk naar beneden en zie tot mijn verbijstering dat ik twee verschillende laarzen aan heb! De ene laars was bruin en de andere zwart, met ook nog een flink hakverschil in hoogte tussen die twee. Ik zeg tegen de patiënt: oeps, ik heb twee verschillende laarzen aan. Hij kijkt en zegt: je ziet het bijna niet, maar vervolgens kreeg hij zo ongeveer de slappe lach. Ik heb de mensen, die mijn spreekuur bezochten en mijn collega’s die dag een leuke dag bezorgd. Nog steeds ben ik wel eens bang dat het me nog een keer gebeurt.” (Tekst en foto: Arita Immerzeel)