Door Arita Immerzeel
Driehuis – Zondagmiddag, het is 1 graad boven nul. Er ligt dooiend rijp op de velden en er schijnt een heerlijk zonnetje. Met een verheerlijkt gezicht banjert Jasmijn van Slooten, 12 jaar, door de greppel naast een wandelpad in buitenplaats Beeckestijn. Door de nachtvorst is het water voorzien van een ijslaagje. Haar moeder kijkt lachend toe. Jasmijn zegt het ijs te testen, of er al geschaatst kan worden. ,,Het is nog niet sterk genoeg, maar wie weet gaat het binnenkort toch nog lukken!” lacht zij .Een flinke plak ijs houdt zij voor zich uit. Onderwijl loopt zij, voortdurend door het ijs zakkend, door de greppel. Haar rubber laarzen houden haar droog. ,,Jasmijn is altijd al gek op ijs geweest,” aldus moeder. ,,Brugpieper of niet, laat haar maar even lekker spelen zo!” De bibberende hondjes, die moeder en dochter vergezellen en voorzien zijn van een warm jasje, doen het Jasmijn niet na.