Hittegolf zorgt voor grote drukte bij IJmuider Reddingsbrigade

In de eerste week van de zomervakantie kreeg Nederland te maken met een hittegolf. Dit betekende veel werk voor de vrijwilligers van de IJmuider Reddingsbrigade (IJRB). In totaal moest er 108 keer hulp worden verleend.

De gehele week hebben de lifeguards zoveel mogelijk preventief werk verricht. Dit houdt in dat de lifeguards vooral op het strand en op het water aanwezig zijn om alles goed in de gaten te houden en mensen te waarschuwen. Er wordt op dit soort dagen lopend, varend en rijdend gepatrouilleerd in het bewakingsgebied.

Ondanks de preventieve aanwezigheid komt het natuurlijk voor dat er daadwerkelijk hulp moet worden verleend. Dit betrof vooral veel kleine verwondingen door schelpjes, kwallenbeten en wespensteken. Dit gebeurde in totaal 61 keer. Daarnaast was er zes keer sprake van een vermissing van een kind en werd vijf keer juist een kind aangetroffen zonder ouders in de buurt. Door het extreem warme weer waren er ook meerdere mensen die te maken kregen met hittestuwing of flauwte.

Op vrijdag 27 juli kwam de wind uit zuidoostelijke richting, waardoor er veel drijvende voorwerpen afdreven richting zee. Omdat het gevaar bestaat dat mensen achter hun bal of luchtbed aan gaan zwemmen, haalt de IJRB dit soort voorwerpen zoveel mogelijk uit het water.

Het gevaar van deze aflandige wind is ook dat zwemmen richting zee vrij makkelijk gaat, maar dat de terugweg erg zwaar kan zijn, met wind en stroming tegen. Om deze reden moest er een zwemmer worden gered, die helemaal naar het laatste deel van de Zuidpier was gezwommen. Deze zwemmer werd met behulp van de waterscooter van de IJRB teruggebracht naar het strand.

De vrijwilligers zijn vorige week week vrijwel iedere dag van 09.00 tot 21.00 uur aanwezig geweest. In totaal is de reddingspost meer dan 80 uur open geweest.

Ook in de komende weken zijn de vrijwilligers van de IJRB dagelijks aanwezig op het strand. Buiten openingsuren kan de IJRB altijd gealarmeerd worden via 112 (bij spoed). (foto: IJRB/Jeroen Groot)