De Street League is een straatvoetbaltoernooi met een maatschappelijk tintje en aan het einde wint het team uit Zeewijk. Deze variatie op een bekende uitspraak van de Engelse oud-international Gary Linneker (‘voetbal is elf tegen elf en uiteindelijk winnen de Duitsers’) is zeker van toepassing, want vorige week vrijdag won FC Zeewijk voor de vijfde keer op rij de Telstar Street League.
Daarmee heeft dit team sinds de start van het toernooi alle edities gewonnen. Niet met dezelfde spelers, want de Street League is een toernooi voor jongens en meisjes van 12 tot 16 jaar. De winnaars van vijf jaar geleden hebben inmiddels jonge opvolgers gekregen. Blijkbaar is het Cruijff Court aan het Pleiadenplantsoen in IJmuiden-Zeewijk, waar de winnaars hun thuisbasis hebben, een zeer goede voedingsbodem voor voetbaltalent.
De eindronde van de Street League 2016, georganiseerd door Telstar Thuis in de Wijk samen met stichting Welzijn, de gemeente Velsen en SportSupport, werd vrijdagmiddag gespeeld in het in Rabobank IJmond stadion voorafgaande aan de wedstrijd Telstar – Jong PSV. Helaas deden er dit keer geen meisjesteams mee.
De vier jongensteams die in de finaleronde stonden, hadden niet alleen goed gepresteerd in een van de voorrondes in de diverse wijken. Zij leverden ook een puike wijkbijdrage. Zo organiseerden de jongens van FC Bulldozers een oud-Hollandse spelletjesmiddag voor de bewoners van het Vissershuis in IJmuiden, knapten The Legends het Velserbroekse sportveldje ’t Asfalt op en organiseerden FC Zeewijk en De ToiTois een voetbaltoernooi voor de kleintjes. Laatstgenoemd team hielp bovendien de vrijwilligers in het wijkcentrum bij het verzorgen van de maaltijd voor ouderen.
Beste speler van het toernooi werd Yorick Souza, hij ontving de Ruud Geels Bokaal. De FC Bulldozers werden uitgeroepen tot het meest sportieve team. Zij bleven ondanks diverse nederlagen met een positieve insteek voetballen. En daar gaat het om bij de Telstar Street League: gezond en sportief bezig zijn en oog hebben voor de leefbaarheid in je wijk. (foto: Ron Pichel)