Meester Serné was 41 jaar leerkracht in IJmuiden op de Marnixschool. De naam van deze school veranderde later in Het Kompas. Hij deelt zijn belevenissen en herinneringen regelmatig met ons in een column. Deze keer: Koning David, Bathseba en “Ik eis de nacht op”
Onlangs ontstond commotie in Nederland over de moord op een meisje. Zij werd ’s nachts na een avond uit geweest te zijn, vermoord. Zij kon niet veilig ’s nachts over straat naar huis. Een actie ontstond, waarin vrouwen hun recht benadrukten om veilig over straat te lopen. Dat riep bij mij een herinnering op.
In de jaren tachtig had ik een groep acht, met echte pubers. Macho jongens en ook zeer puberende meisjes. Meisjes op die leeftijd waren erg met uiterlijk bezig. Experimenteerden met make-up en kleding en trokken daardoor aandacht van jongens. Soms dacht ik wel eens: “Ga je zó over straat?”. Daar begon ik in de klas een gesprek over.
In die tijd was er een nieuw vak: “Geestelijke Stromingen”, hetgeen betekende dat ook over andere wijzen van geloven en waarden en normen in verschillende culturen lesgegeven moest worden. Ik vertelde een Bijbelverhaal over Koning David. David had al enige tijd zijn oog laten vallen op een vrouw, Bathseba. Helaas was Bathseba getrouwd met een militair in het leger van David. Elke keer als David deze vrouw zag, wilde hij haar hebben. Hij verzon een plan om van de man van Bathseba af te komen en stuurde hem als aanvoerder van het leger de oorlog in, in de hoop dat hij zou sneuvelen, wat ook gebeurde. Toen hij Bathseba nogal schaars gekleed zag baden, greep hij zijn kans en kreeg zijn zin en werd ze zijn vrouw.
Na dit verhaal ontstond een gesprek over respectvol omgaan met gevoelens van meisjes en vrouwen, maar ook met gevoelens van jongens en mannen. De machojongens konden Koning David wel begrijpen, toen hij Bathseba schaars gekleed zag baden. Er kwamen opmerkingen als: ”Dat heb ik ook als ik een leuk meisje in het zwembad zie”, of: ”Zo’n strak topje vind ik lekker”. De pubermeisjes merkten op: “Best leuk, als er een jongen naar mij kijkt”, of “Daar doe je het toch voor”.
Toch vonden de machojongens Koning David “een klootzak”. De pubermeisjes reageerden: “Bathseba is gaan baden, zij voelde zich veilig.” Daarna kwamen we op het onderwerp: “Hoe veilig voel jij je op straat?” Pubers in de jaren tachtig voelden zich nog wel veilig in IJmuiden. In deze tijd moeten vrouwen/meisjes (maar ook jongens), veilig over straat kunnen. “Je mag er alleen maar naar kijken, maar aankomen niet!”

