Driehuis – Soms gaan dromen een heel andere kant op dan je als kind voor ogen hebt. Zo ook bij Arnold Dooyeweerd, een man die op het eerste gezicht weinig weg heeft van een doorgewinterde jazzmuzikant. Als ik hem ontmoet in Grand Café Staal aan Plein 45, zie ik een rustige, bescheiden man met een vriendelijke uitstraling. Maar achter de kalmte schuilt een indrukwekkende carrière: hij speelde met iconen als Chet Baker, Dexter Gordon en Toots Thielamans. Ook gaf hij les op het conservatorium en leidde maar liefst 46 jaar lang improvisatieworkshops in het legendarische BIMhuis. Op 10 november treedt hij op in het intiemgezellige en sfeervolle Theater De 3Klank in Driehuis.

Door Frits Rijperman

Wat weinig mensen weten, is dat Arnold als kind een heel andere droom had: hij wilde boer worden. ,,Ik droomde ervan een eigen tractor te hebben en het land te bewerken,” vertelt hij met een glimlach. Maar zijn ouders moedigden dat idee niet aan. ,,Ze gingen er gewoon niet op in,” zegt hij nuchter. Toch klinkt er geen spijt door in zijn stem. Arnold is tevreden met wat hij heeft bereikt en voelt geen behoefte om alsnog iets met het boerenleven te doen. Zijn muzikale carrière heeft hem meer dan genoeg gebracht.

Hoe hij in Driehuis terechtkwam, heeft ook een bijzonder verhaal. ,,We zochten een huis in IJmuiden,” vertelt Arnold. ,,Maar iemand raadde ons aan om ’s avonds te gaan kijken. We zagen een huis aan de Seinpostweg dat ons wel beviel, maar de lichtflitsen van de vuurtoren waren te veel van het goede. We zijn verder gaan zoeken en zo kwamen we uit in Driehuis.”

In zijn nieuwe woonplaats bleef de muziek altijd een centrale rol spelen. Hoewel Arnold zichzelf omschrijft als iemand die graag op de achtergrond blijft, staat er nu een bijzonder optreden gepland in De 3Klank, samen met de beroemde gitarist Anton Goudsmit. ,,Hoe dat is geregeld?” vraag ik. Arnold glimlacht verlegen. ,,Mijn vrouw heeft het eigenlijk geregeld, ze kent daar iemand.” Zijn bescheidenheid siert hem.

Arnold en Anton spelen geen jazz vol technische hoogstandjes maar richten zich op eigen, melodieuze nummers die voor iedereen toegankelijk zijn. ,,We bouwen onze improvisaties op,” legt Arnold uit. ,,Je begint niet meteen met alles te geven, je vertelt een verhaal. Het gaat om contact met het publiek en de opbouw van spanning.”

Arnolds liefde voor de contrabas begon met geknutsel. Als kind bouwde hij zijn eerste bas zelf van een kist, een plank en snaren van gordijnkoord. ,,Mijn ouders wilden dat ik piano ging spelen. Dat vond ik te ingewikkeld met al die noten, dus stapte ik over op de bas. Eén noot tegelijk spelen vond ik een stuk makkelijker,” vertelt hij lachend. Dat bleek de juiste keuze. Toen Arnold de bassist van Oscar Peterson, de legendarische Ray Brown hoorde, wist hij dat jazz zijn pad was.

Van een zelfgemaakte bas tot een professionele carrière in de muziek: Arnold bewandelde een indrukwekkend pad. Hij bleef altijd trouw aan zijn eigen stijl en visie. In plaats van op techniek alleen te vertrouwen, focust hij op het gevoel en het verhaal in de muziek. ,,Veel van de nummers die we op 10 november spelen, heb ik zelf geschreven. Soms hoor ik ’s nachts een melodie, en als die de volgende ochtend nog steeds goed klinkt, werk ik hem verder uit,” vertelt hij over zijn creatieve proces.

Of de lichtflitsen van de vuurtoren in IJmuiden op 10 november tot in Driehuis zullen reiken, is onzeker. Maar één ding is zeker: de muziekliefhebbers in De 3Klank kunnen zich verheugen op een uniek optreden vol toegankelijke muziek, waar improvisatie en herkenning hand in hand gaan. ,,We kunnen de pannen van het dak spelen, hebben we ervaren,” zegt Arnold. Hij begon ooit met een zelfgebouwde bas uit een kist en is nu een gerespecteerde artiest die zijn eigen muzikale kunst deelt met het publiek. Hoewel hij nooit boer is geworden, is zijn oogst niet minder indrukwekkend. Van ‘Kist naar Kunst’, dat is zijn verhaal. Binnenkort deelt hij dit, met alle passie en ervaring, met zijn publiek. Foto: aangeleverd Frits Rijperman