Wekelijks staan we in deze rubriek aan de hand van een foto stil bij een IJmuidens onderwerp naar aanleiding van de actualiteit, een bijzondere gebeurtenis, een evenement of gewoon een van de mooie taferelen die IJmuiden biedt. In deze vierhonderdste aflevering aandacht voor harige mosdiertjes op ons strand.
Door Erik Baalbergen
De zee neemt en de zee geeft. Met dat laatste weet de zee ons nog wel ‘ns te verrassen. Zeehonden, “scheermesjes”, rouwboeketten, zeesterren of algenschuim, we staan nergens meer van te kijken op ons strand langs de vloedlijn. Maar in de laatste week van oktober word ik tijdens een strandwandeling verrast met iets wat ik op dat moment niet beter kan beschrijven als “bruine hooi”. Over een lengte van een paar honderd meter is het strand vanaf de vloedlijn tot tientallen meters strandopwaarts bedekt met een soms wel dertig centimeter dikke laag bruin sponsachtig goedje met een vreemd luchtje. In de verte zie ik langs de vloedlijn nog meer van dit spul liggen.
Uit reacties bij enkele door mij op facebook geplaatste foto’s blijkt dat het om zogenaamde afgestorven harige mosdiertjes gaat. Onder het motto ‘Google is mijn vriend’ duik ik in deze materie. Niet letterlijk natuurlijk, gezien de kwalijke dampen die uit het bruine spul opstijgen…
Het harige mosdiertje is een van de ongeveer zesduizend soorten mosdiertjes. Mosdiertjes zijn waterdiertjes en leven vooral in zee. Ze komen overal ter wereld voor maar hebben toch een voorkeur voor warm water. Harige mosdiertjes leven onder meer in de Noordzee, in de Waddenzee en in de Zeeuwse wateren. Een mosdiertje is tot 1 millimeter groot. En dan toch zo’n dikke laag op het strand?
Het zijn er miljoenen, misschien wel miljarden tegelijk! Harige mosdiertjes hebben een beschuttend omhulsel van kalk. Via ongeslachtelijke voortplanting vormen de mosdiertjes hele kolonies via hun aan elkaar gegroeide omhulsels. Een kolonie groeit op zeewier, schelpen, poliepen of rotsen en stenen op zeebodem, of zelfs op schepen en offshore installaties.
Door stromingen in het zeewater, bijvoorbeeld bij een storm, raken kolonies los en gaan ze rollen over de zeebodem, waarbij ze dikwijls samenklonteren met andere kolonies. Uiteindelijke spoelen de klonten ergens op een kust aan en sterven de diertjes. Net als bij andere dode organismen gaat de ontbinding gepaard met een onaangename walm.
De afgelopen jaren zijn de hoeveelheden aangespoelde harige mosdiertjes toegenomen, waarschijnlijk omdat ze zich prettiger voelen in het steeds warmer wordende zeewater in combinatie met de toegenomen stormen.
Vooral op de stranden van de Waddeneilanden zijn de laatste jaren veel mosdiertjes aangespoeld. Ameland kwam in juli dit jaar in het nieuws vanwege een zeldzaam grote hoeveelheid van dit na enkele dagen onwelriekende spul. Ter voorkoming van nog grotere stankoverlast werd de kilometerslange en vele centimeters dikke laag van het strand verwijderd. Nou, ik kan me wat van die stank voorstellen na mijn ontmoeting met de harige mosdiertjes op ons strand! Typisch IJmuiden? Ik hoop het niet…
Foto:
Miljoenen harige mosdiertjes op ons strand eind oktober. Het is maar goed dat de geuren niet zijn meegekomen met deze foto! Foto: Erik Baalbergen