Typisch IJmuiden

We staan even stil bij een typisch IJmuidens onderwerp aan de hand van een foto en naar aanleiding van de actualiteit, een stukje geschiedenis, een bijzondere gebeurtenis, een evenement of gewoon een van de mooie taferelen die IJmuiden biedt. In deze aflevering aandacht voor de Eerste Steen van IJmuiden.

Door Erik Baalbergen

IJmuiden, alvast gefeliciteerd met je 149ste verjaardag aanstaande zaterdag! Volgend jaar zullen we je verjaardag wat grootser vieren. Het is dan tenslotte 150 jaar geleden dat koning Willem III, op 1 november 1876, het Noordzeekanaal heeft geopend en daarbij IJmuiden heeft gedoopt.

Maar ook vóór die voor IJmuiden gedenkwaardige dag heeft zich al veel in en rond onze contreien afgespeeld. En dan heb ik het niet alleen over de plannenmakerij voor het kanaal, waar aan deze rubriek recentelijk twee afleveringen heeft gewijd. Maar wat te denken van het graven van het kanaal en het wel en vooral wee van de daarbij betrokken kanaalgravers, de bouw van de pieren en de sluizen, en de eerste bebouwing van IJmuiden? Deze onderwerpen komen ongetwijfeld gedurende het IJmuidense jubileumjaar op vele wijzen aan bod, ook in deze rubriek.

Overigens ben ik afgelopen augustus de 150ste verjaardag van de eerste eerstesteenlegging van IJmuiden helemaal vergeten. Hierbij wil ik dat nog een beetje goedmaken…

Breesaap

We beginnen dit verhaal in 1865, als de rust in de Breesaap en het landelijke gebied rond Velsen wordt verstoord door de aanleg van het kanaal. Het gebied raakt bevolkt met polderjongens – soms met hun gezinnen – en personeel van de Engelse aannemer Henry Lee & Son en de Amsterdamsche Kanaalmaatschappij, die zich allen inzetten voor de doorgraving van Holland op zijn Smalst. Door de graafwerkzaamheden zakt het grondwater in de Breesaap. Deze “sappige” duinvlakte was daarvoor zeer vruchtbaar; het grondwater moest zelfs via een ringsloot en een afwateringsgeul naar zee worden afgevoerd. De achtereenvolgende eigenaren hebben de vlakte ontwikkeld tot landbouwgebied met diverse boerderijen. Tijdens de graafwerkzaamheden verdroogt een deel van de landbouwgronden en verliezen boerderijen in de buurt van het toekomstige kanaal hun functie.

Dat overkomt ook de boerderij Paltzerhof, dat dicht bij de graafwerkzaamheden rond de sluizen ligt. Die sluizen zijn de tegenwoordige Kleine Sluis en Zuidersluis. De boerderij wordt onder andere in 1856 verhuurd aan Dorus Braam, de betovergrootvader van de IJmuidense schrijfster Conny Braam. In haar boek ‘De Woede van Abraham’ komen we Dorus tegen als Abraham en Paltzerhof als zijn boerderij, die dicht bij de kanaalwerken ligt. Later wordt Paltzerhof bewoond door Jacobus Engelhart met zijn gezin. Als de omliggende grond te veel verdroogd is, verlaat Jacobus de boerderij en gaat met zijn gezin in IJmuiden wonen. In 1872 wordt de boerderij verkleind.

Sluispersoneelswoningen

Tijdens de graafwerkzaamheden aan het kanaal betrekt het gezin Smakman de voormalige boerderij. Vader Smakman is in dienst van de Amsterdamsche Kanaalmaatschappij. Hij wordt aangesteld als adjunct-sluismeester bij de nieuwe sluizen. Intussen naderen het kanaal en de sluizen hun voltooiing en moeten er bij de sluizen woningen voor het noodzakelijke sluis- en douanepersoneel gebouwd worden. Smakmans zevenjarige dochter Alida krijgt de eer om de eerste steen van het rijtje sluiswachterswoningen en daarmee de ‘Eerste steen van IJmuiden’ te leggen, het symbolische begin van IJmuiden.

De eerstesteenlegging op 19 augustus 1875 verloopt niet helemaal zoals gepland, zoals we kunnen lezen in een interview met de dan “krasse 77-jarige dame” in de IJmuider Courant van 1 november 1946, de dag dat IJmuiden zeventig jaar wordt. Alida vertelt dat de eerstesteenlegging een plechtige aangelegenheid is. Aanwezig zijn onder meer Velsens burgemeester Enschedé en hoofdingenieur Dirks en de ingenieurs Conrad en Van Rijn van de Amsterdamsche Kanaalmaatschappij. De aankomst van de burgemeester ‘in een met fiere paarden bespannen landauer’ maakt grote indruk bij Alida.

Versje

Vooraf heeft Dirks er bij Smakman op aangedrongen dat zijn dochtertje de eerste steen zal leggen. Smakman stemt toe. Alida zal de burgemeester bij zijn aankomst een boeket bloemen overhandigen en daarbij een door haar vader geschreven versje opzeggen. Het versje luidt: ‘Edelachtbare Heer Burgemeester – Ontvang U dit bouquet – Uit mijne kinderhand; – Dat onder Uw beheer – IJmuiden komt tot stand’. De overhandiging van het boeket verloopt prima, maar als Alida het versje wil opzeggen, is ze de tekst kwijt en neemt vader Smakman haar taak over.

De eerste steen wordt op de fundering van de oostelijke sluismeesterswoning gemetseld. De gedenksteen draagt de inscriptie: ‘AMSTERDAMSCHE KANAALMAATSCHAPPIJ – DE EERSTE STEEN van IJMUIDEN gelegd door ALIDA SMAKMAN oud 7 jaren – 19 AUGUSTUS 1875’. Het rijtje dienstwoningen telt twaalf woningen voor het sluispersoneel. De twee grotere woningen op de uiteinden zijn bestemd voor de sluismeesters en de tien kleinere tussenwoningen voor de overige sluiswachters.

Kwijt en gevonden

Tijdens de Tweede Wereldoorlog vallen de vier oostelijke woningen ten prooi aan de sloopwoede van de Duitsers. Daarbij wordt dus ook de sluismeesterswoning met de gedenksteen gesloopt. De steen komt terecht tussen het puin aan de zuidzijde van de Vissershaven. Tijdens een zoektocht door de heren Heykoop, Dijkstra en Smakman – een volle neef van Alida – wordt de steen gevonden en veilig gesteld.

Na het afbikken van het cement komt de steen terecht bij het Gemeentearchief in het Velsense gemeentehuis. In mei 2015 wordt de gedenksteen geschonken aan het IJmuider Zee- en Havenmuseum. Hier is de eerste steen van IJmuiden nog steeds voor iedereen te bewonderen! Een steen, die zijn 150ste verjaardag al achter de rug heeft en die ouder is dan IJmuiden zelf…

Op de foto:
De Eerste Steen van IJmuiden, al ruim tien jaar te bewonderen in het IJmuider Zee- en Havenmuseum. (Foto: Erik Baalbergen, 2017)